Tip
Een tip of adverteren? Neem dan contact op met info@persbureau-ameland.nl.
Gerlof Molenaar, gids Verborgen Bunkers: ‘Deze unieke verhalen mogen niet in de vergetelheid raken.’

Met meer dan 90 kilometer fietspad en een prachtig en veelzijdig landschap is Ameland het fietseiland bij uitstek. Wie een fietstocht nog een extra lading wil geven en in de bijzondere WOII geschiedenis van het eiland wil duiken, gaat mee met de fietsexcursie ‘Verborgen Bunkers’. Deze fascinerende fietstocht, vol bijzondere verhalen en anekdotes, leidt je langs de verborgen bunkers die bezocht kunnen worden.
We spraken met deskundige gids en WOII expert Gerlof Molenaar, die over zijn fascinatie voor de oorlog vertelt en alvast een paar bijzondere verhalen deelt over de gebeurtenissen op Ameland tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Gerlof vertelt tijdens de fietsexcursie aan de hand van foto’s verhalen over Ameland tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit doet hij ook op basisscholen.
‘De interesse voor de oorlog zat er bij mij al van jongs af aan in. Mijn vader verzorgde de oorlogsgraven en heeft mij er altijd veel over verteld. Ik heb uiteindelijk ook onderzoek naar die graven gedaan en, wanneer ik niet aan werk ben in de bakkerij, mag ik graag met de metaaldetector op pad gaan. Ik zoek dan naar dingen die gerelateerd zijn aan de oorlog.
Dat kan van alles zijn: persoonlijke spullen, zoals onderscheidingen, maar ook dingen als porselein of bierpullen. Van alle spullen die ik gevonden heb staat een deel in het bunkermuseum en een deel thuis bij mij en bij mijn zoon, die net als ik, ook besmet is met het WOII virus. Samen met Jeanet de Jong verzorg ik bij toerbeurt de fietsexcursie Verborgen Bunkers.’

Voor elk neergeschoten toestel een vaantje
‘Ameland was strategisch gezien een belangrijke locatie in de oorlog, maar er gebeurde op Ameland verder niet veel en de sfeer was doorgaans gemoedelijk. Op het eind van de Oranjeweg bij de jeugdherberg bevond zich tijdens de oorlog een flakbatterij, deze batterij beschoot met enige regelmaat overkomende vijandelijke vliegtuigen die op weg waren naar een doel in Noord- Duitsland.
Bij de flakbatterij hadden de Duitse soldaten een trofeeëntuin ingericht met een vlaggenmast waar ze vaantjes aan hingen. Dat waren zogenaamde abschutzwimpeln. Voor elk toestel dat de Duitsers neergeschoten hadden kregen ze zo’n vaantje.
Dat kregen ze niet automatisch. Ze moesten daarvoor eerst een schets maken van de vliegrichting van het toestel en waar hij was neergestort. Ook moesten er ooggetuigenverklaringen bij van mensen die het vliegtuig zagen neerstorten. Dit werd dan opgestuurd naar het hoofdkwartier voor Flak batterijen in Harlingen waar het werd beoordeeld. Werd het goed bevonden? Dan kregen de soldaten de wimpel en een oorkonde toegestuurd.’
Je vindt een stukje geschiedenis terug
‘Aan het eind van de oorlog hingen er twintig wimpels. Van die twintig zijn er maar twee teruggevonden, waarvan ik er eentje vond. Als ik zoiets vind, dan maakt mijn hart een sprongetje. Want je vindt echt een stukje geschiedenis terug. Als ik een rondleiding geef, dan neem ik de wimpel ook altijd mee.’

‘In de trofeeëntuin bij de vlaggenmast met wimpels lag ook een propellerblad en het onderstel van een vliegtuig. Na de oorlog is dat allemaal weggehaald. Op dat propellerblad hadden de Duitse soldaten de data opgeschreven wanneer zij een vliegtuig beschoten hadden en wanneer ze daar een wimpel voor hadden gekregen. Toen de oorlog voorbij was hebben zij dit begraven in het bos en daar heb ik het ontdekt en opgegraven. Dat was een vondst waar ik heel erg blij mee was.’

‘Het propellerblad is afkomstig van een Blenheim bommenwerper. Deze Engelse bommenwerper was in de nacht van 25 op 26 juli 1940 onderweg voor een aanval op Willemshaven. Zo ver is het toestel nooit gekomen.
Ik heb een verslag van een Duitse militair die de wacht hield in de duinen bij Hollum en het vliegtuig neer zag komen tussen Ameland en Terschelling. Hij heeft daarop de politie gewaarschuwd, die de reddingsboot heeft ingeseind. Met twee Duitse militairen is men vervolgens uitgevaren naar een zandplaat tussen Ameland en Terschelling, waar ze het levenloze lichaam van een Britse militair aantroffen, samen met een radiotoestel en het propellerblad.’
Vliegtuig onder het zand
‘Uit de sporen op de zandbank werd duidelijk dat het vliegtuig na een lange landing een diepe geul ingeschoven was. Er werd een poging gedaan om het wrak te bergen, maar men ontbeerde de juiste spullen om dit te doen en ze werden gehinderd door een sterke stroming.
Het vliegtuig bestond uit een driekoppige bemanning, dus twee van de inzittenden zaten nog in het toestel dat de diepe geul in is geschoven. Vandaag de dag ligt dat vliegtuig vermoedelijk onder zo’n tien meter zand.
Het lichaam van C.H. Robinson, de omgekomen Engelse vliegenier, werd meegenomen, net als het propellerblad en de radio. De vliegenier werd begraven op de begraafplaats in Hollum en in 1952 is hij weer opgegraven en herbegraven op het Jonkerbos War Cemetery in Nijmegen, een Britse begraafplaats voor geallieerden. Het propellerblad hebben de Duitsers in de trofeeëntuin gelegd.’

‘Het onderstel dat in de trofeeëntuin lag, behoorde tot een AVRO Manchester: een Brits gevechtsvliegtuig dat in de nacht van 7 op 8 december op weg was voor een nachtelijke aanval op Berlijn. Onderweg werd het vliegtuig aangevallen door een Duitse nachtjager. Daarbij raakte de Manchester beschadigd en raakte de benzinetank lek. Hierdoor kon het Britse vliegtuig Berlijn niet meer halen.
De Britten wilden toen uitwijken om de bommen op Willemshaven te gooien, maar ook dat ging niet lukken, waarna de bommen op het Duitse eiland Wangerooge werden gegooid. Daarna zijn ze richting Engeland gedraaid, maar ter hoogte van de kust van Ameland kwamen ze in de problemen toen een van de motoren oververhit raakte.’
Een noodlanding op Ameland
‘De piloot moest een noodlanding maken op het strand van Ameland en dat is gelukt. De vijfkoppige bemanning kroop uit het toestel en is naar het strand gewaad. Aangekomen op het strand is de bemanning in zuidelijke richting gelopen, toen ze bij het wad aankwamen zijn ze in westelijke richting gelopen. Op een gegeven moment zagen ze een boot op het strand liggen. De Britse militairen hebben geprobeerd om de boot het water in te duwen, zodat ze ermee naar Engeland konden varen. Maar dit lukte niet. Er zat bovendien geen motor in. Dit om te voorkomen dat er mensen mee naar Engeland konden varen.
De vijf Engelsen hebben van de overlevingspakketten in de boot gegeten en de nacht bij de boot doorgebracht, voor ze de volgende ochtend naar Hollum liepen. Daar zijn ze vriendelijk zwaaiend door de straten gegaan, terwijl ze nieuwsgierig in de etalages keken, alsof ze toeristen waren.
De nietsvermoedende Duitse militair die ze tegenkwam tijdens zijn ochtendwandeling kreeg de schrik van zijn leven, bij het zien van vijf Britse vliegeniers in volle bepakking.
De vliegeniers konden natuurlijk het eiland niet afkomen en hebben zich rustig overgegeven. Ze werden overgebracht naar een krijgsgevangenkamp waar ze tot het eind van de oorlog moesten wachten. Alleen de piloot-schutter Sam Paul mocht al in 1942 terug naar Engeland. Hij kreeg in het kamp een ontsteking aan zijn oor en werd gerepatrieerd. De Duitsers waren namelijk als de dood voor ziektes en wilden hem wel kwijt.’



Duitse militairen poseren met de Manchester op het strand
‘Er zijn op Ameland nog vier bunkers die je kunt zien en er zitten er nog verscheidene onder het zand, die ik allemaal weet te vinden. Die verborgen bunkers spreken tot de verbeelding, maar er zit niets meer in die bunkers. De bunkers zijn in de jaren zeventig begraven.
Na de oorlog wilden de mensen er niet meer aan denken en waren ze bezig met de wederopbouw. Er zijn op Ameland ook bunkers afgebroken waarvan men nu denkt, was dat maar niet gebeurd.
Er zijn ook wel dingen bewaard gebleven, maar veel is afgevoerd en vernietigd, gedumpt op zee of begraven. Die dingen vind ik gelukkig soms weer terug. Want nu willen mensen juist zoveel mogelijk weten en leren over de geschiedenis.
Maar wie weet waar je moet kijken, ziet nog een hele hoop terug uit de tijd van WOII. Zo is de jeugdherberg gebouwd door de Duitsers. Net als het pannenkoekenhuis en de woningen aan de Badweg.’
Een verhaal apart
‘Dat het nog altijd leeft onder de mensen, zien we terug aan het groeiende aantal bezoekers van het bunkermuseum en de excursie. Het verhaal van Ameland in de Tweede Wereldoorlog is ook een verhaal apart. We zijn nooit bevrijd. En ook de verstandhouding die er was met de Duitse militairen maakte het een aparte beleving.
De Duitsers op Ameland werden geen krijgsgevangenen, maar zijn gewoon met de boot naar Noord-Duitsland gegaan. Iedereen gaat ervan uit dat Nederland na 5 mei niet meer bezet werd door de Duitsers, maar op Ameland waren de Duitsers nog tot 3 juni 1945 aanwezig. De geallieerden vonden het te veel werk om de Waddenzee over te steken en zijn eerst verder Duitsland in getrokken. Het is daardoor een heel uniek stukje geschiedenis dat behouden moet blijven. Dat is ook de reden dat ik deze, voor mensen vaak nog vrij onbekende, verhalen vertel. Zodat ze niet in de vergetelheid raken.’
Gerlof is altijd op zoek naar spullen uit de Tweede Wereldoorlog die een link hebben met Ameland. Mocht je iets kwijt willen, neem dan contact op met Gerlof via g.molenaar@knid.nl
Op de website van de Amelander Musea kun je de data en tijden van de fietsexcursie terug vinden en tickets bestellen.